Schoottv
Goddank kreeg mijn moeder een Eureka-moment. Een moment dat mijn hele leven zou veranderen. Of eigenlijk: had kúnnen veranderen. Ze besloot dat het voor iedereen beter was dat wij naar de televisie zouden gaan kijken. Dan zouden we tenminste een uurtje onze mond houden. Lees: niet hangen, niet zeuren en niet steeds opnieuw maar weer vragen of mama iets wist om te doen.
Die avond zag ik één van mijn eerste speelfilms ooit op de televisie: Willow, een avonturenfilm over een dwerg die een baby moest redden. Ik had weleens een half uurtje bij een vriendinnetje naar Dirty Dancing mogen kijken en ook al weleens een stukje Grease gezien, maar een hele film, van het begin tot het eind en vooral ook: zonder dat mijn ouders meekeken, dat was me nog nooit overkomen.
Tot het eind, zei ik. Maar die vlieger ging mooi niet op. Rond een uurtje of half tien, ruim voor de ongetwijfeld zeer spannende ontknoping, moesten we ineens naar huis. Naar dat moment hadden we de halve verjaardag uitgekeken, maar nu het echt leuk begon te worden, en de film het spannendst, besloten onze ouders dat het mooi geweest was.
Waarom doen ouders dat toch altijd? Op andere feestjes ook: net als je eindelijk vriendschap had gesloten met de onbekende buurkinderen of neefjes en nichtjes en de gebaksvorkjes door de kamer vlogen, was het tijd om te gaan. Hoezo?
Zeuren, dreinen en zelfs huilen hielp niet. Wij gingen. In de auto, ruim een uur terug naar huis. Een uur waarin ik de hele ontknoping van Willow had kunnen zien! Mokkend keek ik uit het raampje, oranje lichten schoten voorbij, en ik bedacht ik me hoe ongelofelijk fijn het toch zou zijn als ik de televisie mee had kunnen nemen op de achterbank. Dat ik gewoon vanaf mijn schoot verder had kunnen kijken! En dan vanuit de auto had kunnen weten hoe de film zou aflopen! Een schoottv! Dat zou bijna net zo cool zijn als de beeldtelefoon die ik al eerder had gefantaseerd. Waarmee ik naar oma zou bellen en dat ik haar en opa dan gewoon zou kunnen zien zitten! Maar ja, zoiets gaafs, dat zou wel nooit uitgevonden worden...
Nog altijd ben ik trots op het feit dat ik eigenlijk de bedenker van de iPad ben. En dat ik nu, hangend in de zon op het balkon, op mijn laptop dit stukje kan tikken. En zodadelijk ga ik een film kijken. Buiten. Op donderdagmiddag. Omdat dat tegenwoordig zomaar kan. En mijn tienjarige ik kan dat nog steeds niet geloven. Zou de koelkast die zelfstandig aan de supermarkt doorgeeft dat de melk op is, dan binnenkort ook in mijn keuken staan?